
Wetboek van Strafrecht
Artikel 206 
1
 Met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie wordt gestraft:  
1
 hij die zich opzettelijk voor de dienst bij de krijgsmacht dan wel voor enige werkzaamheid uit hoofde van burgerdienstplicht ongeschikt maakt of laat maken; 
2
 hij die een ander op diens verzoek opzettelijk voor die dienst dan wel voor zodanige werkzaamheid ongeschikt maakt. 
2
  Indien in het laatste geval het feit de dood ten gevolge heeft, wordt gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie opgelegd. 
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.

